De podcastmakers hebben alle betrokken partijen meerdere keren om wederhoor gevraagd. Alleen de Inspectie en de Nationale Ombudsman gingen inhoudelijk op de verzoeken in. Hieronder de exacte citaten uit correspondentie.

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ)

Op 10 mei 2024 reageert de IGJ per e-mail: "Het dossier van de heer Van Loon is voor de IGJ afgesloten. Het spijt ons dat we geen aanvullende vragen kunnen beantwoorden, ook niet voor journalistiek gebruik." Eerder, in 2018, biedt de inspectie schriftelijk excuses aan Van Loon aan voor haar handelen: "De IGZ heeft haar eigen beoordelingskaders overschreden, de beoordeling was onzorgvuldig en de communicatie richting de heer Van Loon had niet zo mogen verlopen."

Nationale Ombudsman

De Nationale Ombudsman bevestigt in 2013 in een vernietigend rapport dat de IGJ ernstig tekortgeschoten was. In een recente e-mail uit april 2024 schrijft de Ombudsman: "Wij blijven achter ons rapport staan. De zaak-Van Loon is een voorbeeld van hoe toezicht ontspoorde. Het dossier is echter gesloten; de heer Van Loon heeft reeds genoegzaam gelijk gekregen."

Ziekenhuis Rijnstate

Rijnstate weigert in 2024 elke medewerking aan de podcast. Op vragen over de zaak-Van Loon en over de verantwoordelijkheid voor de destijds gedane meldingen, schrijft de afdeling communicatie op 14 april 2024: "Wij gaan niet in op individuele dossiers, noch op de vragen in uw mail. Wij verwijzen u naar de uitspraak van het Scheidsgerecht uit 2015." Ook herhaalt het ziekenhuis: "Er is destijds zorgvuldig gehandeld. Er is voor ons geen aanleiding om terug te komen op deze zaak."

Scheidsgerecht Gezondheidszorg

Het Scheidsgerecht, dat in 2015 oordeelt dat Van Loon ‘geen schade had geleden’, ondanks de verstrekkende gevolgen van de meldingen, schrijft op 2 mei 2024: "Wij verstrekken geen toelichting op uitspraken, noch reageren wij op vragen van journalisten. De uitspraken van het Scheidsgerecht zijn definitief en niet voor herziening vatbaar." Een eerdere poging om het Scheidsgerecht te laten reflecteren op hun werkwijze wordt eveneens afgewezen: "Over het functioneren van het Scheidsgerecht communiceren wij niet publiekelijk."